Kunstenaars

Gerrit Offringa

De ruimte en het vlak waren voor Gerrit Offringa (1943-2019) twee verschillende werelden die ieder om een eigen benadering vragen. In zijn beelden wordt het menselijk lichaam vaak op brute wijze onder het mes gelegd, alsof het een anatomisch onderzoek betreft, een splijting, een doorsnijding, een vivisectie of een lijkschouwing. Je krijgt een inkijkje in het lichaam zelf te zien, dat telkens weer met simpele middelen in beeld wordt gebracht. Zo wordt de structuur van de ruggenwervels aangeduid met stukjes hout. Torso’s worden doorsneden door platen van transparant perspex. De holtes van het lichaam worden letterlijk opengebroken, alsof er een chirurg aan het werk is geweest.

De beelden van Gerrit Offringa staan vaak op zichzelf, alleen op de wereld, als een solitair mens die staat voor alle mensen waarmee hij solidair is. In die zin heeft zijn werk iets allegorisch. Het is het verhaal van Elkerlyc, van iedereen, van u en mij en tegelijk ook van niemand. Het lijken eenzame beelden in een denkbeeldig museum. Het alleenzijn valt hen zwaar in het naakte bestaan van dit tranendal, zonder beschermende armen als verlichting; niet bij leven en niet in de dood. Hier is het ultieme alleenzijn van het weten te moeten sterven, onvoorbereid en op een al of niet ontluisterende manier, op een voor ieder mens geheel eigen wijze. Telkens opnieuw wordt er een universeel verhaal verteld. Over de mens die zichzelf een last is en voor zijn medemens niet zelden een wolf. Soms lijkt het een berustende mens te zijn, een mens als Job, zittend op de mestvaalt, twijfelend aan een God die het kwaad op zijn beloop laat. De mens die naakt geboren wordt en naakt de kist in gaat, half een engel en half een dier, gekweld door een hybride zelfbeeld, die altijd weer heen en weer pendelt tussen een organisme dat met eeuwigheid is bezield en een stoffelijke constructie die tot de aarde zal wederkeren. Soms is de verbeelde mens slechts een staketsel van draden en botten, kwetsbaar als het denkend riet van Pascal. Dan weer is het lichaam de klankkast van een viola da gamba, volmaakt in harmonie met de muziek van de eeuwige schoonheid. Geen materiaal is deze beeldhouwer te min en niets wordt zomaar weggegooid.

Gerrit Offringa sneed pijlen uit al het hout, zoals ook alle mensen uit hetzelfde hout gesneden zijn. Maar telkens weer lijkt de mens ook een eenzame koorddanser, angstvallig balancerend tussen hemel en hel. Homo solus aut deus aut daemon – een alleen levend mens is óf god óf duivel. Tussen die uitersten schiet het mensbeeld van Offringa heen en weer. Tussen zwart en wit, de nacht en de dag, liefde en dood, Eros en Thanatos, materie en anti-materie, paradiso en inferno, alsof er geen purgatorio of verlossing bestaat, maar alleen een tweedeling op het scherp van de snede. De solitaire gestalte van het beeld lijkt soms een gevoel van heimwee op te roepen. Zo is er een voorkeur voor de foetale houding, het ineenkrimpen van het embryo, dezelfde houding die vaak ook terugkeert op het moment van het sterven. Het zijn beelden in een tussenruimte, ogenschijnlijk buiten de tijd die toch ook hier genadeloos wegglijdt als een schaduw op een zonnewijzer.

Publicaties

Collectie

Alba

Alba

1999, hout/polyester, 100 cm

Aware and no fundamental grip

Aware and no fundamental grip

2003, glas, 90 cm

Doors of Perception

Doors of Perception

2005, glas/hout/epoxyhars, 215 cm

Le peau d'Icare

Le peau d'Icare

1992, kunststof/hout/koper, 120 cm

Spare in trouble, strange in fright

Spare in trouble, strange in fright

1997, hout/baksteen/gips, 130 cm

The thin light line

The thin light line

2009, lood/perspex, 44 cm

Vingerwijzing

Vingerwijzing

1997, hout/metaal, 227 cm

Zeus en Danae

Zeus en Danae

331/335, kunststof, 210 cm

Under the milk wood

Under the milk wood

2012, lindenhout, 180 x 40 x 40 cm

CV

Gerrit Offringa - Drachten, 1943

 

Opleiding    
1962-1966 opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunst ‘Minerva’ te Groningen
Zijn werk omvat schilderijen, tekeningen, driedimensionaal werk, fotografie, grafiek en miniaturen.
 

Opdrachten
1980 Opdracht van de provincie Groningen: ‘Vrede 25 x gekleurd’ t.g.v. 35 jaar na de Tweede Wereldoorlog, zeefdruk  
1988 Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW): portret van prof.mr. A.M. Donner  
1989 vijf portretten van de broertjes Grol  
1992 portretten van Tess en Javad Venema  
2000/2001 portretten van Jonathan en Eva Hagström-Lipschits en Lisa Lipschits  
2001 portret van Mirjam Bruintjes en portretten van Leslie en Serge Camping  

Tentoonstellingen
Talrijke exposities in binnen- en buitenland, waaronder:

Groepstentoonstellingen
1966 eindexamenwerk, Groninger Museum  
1971/1973 Kunst in Friesland, rondreizende groepstentoonstelling  

 

 

 

1972

 

 

 

Groninger kunstenaars, inventarisatietentoonstelling, Groninger Museum

 
1980 ‘Vrede 25 x gekleurd’ – diverse plaatsen in Nederland en Duitsland, o.a. in Den Haag (Tweede Kamer) en Groninger Museum  
1981 ‘Made in Groningen’, Cultuurcentrum d’Oosterpoort  
1981 Mail Art Festival, Antwerpen; Musée Postal, Brussel  
1985 Jan van der Zee en een aantal vrienden, Pictura, Groningen  
1986 First Annual International Exhibition of Miniature Art, Del Bello Galery, Toronto (Canada)  

Solotentoonstellingen
1977 eenmansexpositie, galerie Steenwijk  
1984 eenmansexpositie, Pictura, Groningen  
1990 eenmansexpositie, galerie Tudelu, Rotterdam  
1994 Technische Universiteit, Eindhoven  
1997 overzichtstentoonstelling, Museum Smallingerland, Drachten  
2001 beelden in het Tel Aviv Performing Arts Center, Israël  
2004 10 beelden, Centrum Beeldende Kunst (CBK), Alphen a/d Rijn  
2006 solotentoonstelling SENAC, verschillende plaatsen in São Paulo en Brazilië  
2010 Beeldengalerij Het Depot, Wageningen  

Publicaties
1981 Made in Groningen, zes kunstenaars, teksten: Gert Fokkens  
1997 Gerrit Offringa, Gerhold Tóth-van Rooij  
2003 Beeld op het noorden, beelden van Gerrit Offringa, Museum Smallingerland, Drachten  
2010 Gerrit Offringa, Huub Mous, Het Depot/Waanders uitgeverij